(publicatie overgenomen van website Woonbond)
Traditioneel gezien is wonen geen direct Europees thema. Dat komt door het zogenaamde ‘subsidariteitsprincipe’, wat betekent dat wetgeving en uitvoering zo dicht mogelijk bij de burger moet plaatsvinden. EU-landen gaan dus voor het grootste deel zelf over hun woonbeleid.
Toch hebben Europese regels voor bijvoorbeeld concurrentie en handel invloed op ons woonbeleid. Door voorschriften voor staatssteun kunnen corporaties minder investeren in nieuwbouw. En regels voor contracten verbieden oneerlijke voorwaarden. Europees beleid had dus wel degelijk invloed op wonen. Die invloed gaat nu groter worden.
Europa gaat zich voortaan nadrukkelijk inzetten voor betaalbare huisvesting. Von der Leyen vindt dat Europa er moet zijn ‘om mensen te steunen waar het er het meeste toe doet.’ Om dat te bereiken wil ze meer publieke en private investeringen mogelijk maken, onder meer door een speciaal platform van de Europese Investeringsbank (EIB) voor betaalbare en duurzame huisvesting.
Brussel wil de regels voor staatssteun gaan hervormen, zodat lidstaten meer kunnen investeren in betaalbare huisvesting. Vermoedelijk gaan woningcorporaties hier ook van profiteren, omdat ze dan goedkoper kunnen lenen en daardoor meer middenhuurwoningen kunnen gaan bouwen. In een speech verwees Von der Leyen duidelijk naar het gat tussen sociale en betaalbare marktwoningen. Aedes, de vereniging voor woningcorporaties, is blij met de Europese aandacht.
De Woonbond zet zich samen met de International Union of Tenants (IUT) al jaren in voor een Europese aanpak van de wooncrisis en het weghalen van belemmeringen voor staatsteun voor maatschappelijke doelen (zoals huisvesting). De IUT en de Woonbond zijn dan ook blij met de aankondiging van Von der Leyen.
Het is nog niet duidelijk wie de Eurocommissaris voor huisvesting gaat worden. Meer informatie over de Woonbond hier.